Vorige week woensdag hadden wij het voorrecht om de voorzitter van het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF), Lodi Hennink, te ontvangen bij Schoudercentrum IBC Amstelland. Dit bezoek bood ons de kans om in gesprek te gaan over de uitdagingen en kansen binnen de fysiotherapie.
De toekomst van de fysiotherapeut
We hebben de huidige situatie binnen de fysiotherapie besproken, met een focus op de uitstroom van jonge therapeuten. Het is zorgwekkend dat steeds meer jonge fysiotherapeuten de sector verlaten. Dit doet ons afvragen: hoe kunnen we het vak aantrekkelijker maken? Hoe kunnen we doorgroeimogelijkheden creëren? Een voorstel dat wij als schoudercentrum hebben gedaan, is om een opleidingsstructuur te creëren die vergelijkbaar is met die van geneeskunde. Het idee is dat nieuwe fysiotherapeuten als ‘basis’ fysiotherapeut beginnen en werkervaring opdoen, waarna zij de mogelijkheid krijgen om zich te specialiseren door middel van aanvullende opleidingen en praktijkervaring. Net zoals de basisarts, die als ‘arts niet in opleiding’ (ANIOS) ervaring opdoet onder een supervisor, zou een beginnend fysiotherapeut eerst werkervaring op kunnen doen als basisfysiotherapeut onder begeleiding van een mentor, om vervolgens zelf te gaan specialiseren. Deze specialisatie is wederom onder begeleiding van een gespecialiseerd senior fysiotherapeut. Een passende declaratiecode per niveau van ervaring en senioriteit, zou er daarnaast voor zorgen dat de net afgestudeerde therapeut niet op diezelfde code 1000 declareert als de therapeut met meerdere opleidingen en 20 jaar werkervaring. Op deze manier zou dit ook financiële voordelen kunnen bieden voor therapeuten die zich verder blijven ontwikkelen.
Ongecontracteerd werken
Een ander belangrijk onderwerp van gesprek was onze rol als ongecontracteerde praktijk. Het werken als ongecontracteerde fysiotherapiepraktijk heeft voor- en nadelen. Het geeft ons aan een kant de ruimte om oprechte tijd en aandacht te geven, wat ons in staat stelt om op maat gemaakte zorg te leveren aan onze patiënten. Aan de andere kant is er soms de uitdaging voor patiënten om deze zorg zelf te kunnen financieren.
Intercollegiale samenwerking
Tot slot was een terugkerend thema in dit gesprek de mate van samenwerking tussen de fysiotherapeuten, zowel regionaal als landelijk. Het zou goed zijn om een cultuur te creëren waarin samenwerking boven concurrentie staat en kracht en kennis kan worden gebundeld om betere zorg te leveren.
We hopen dat onze input tijdens dit gesprek bijdraagt aan een toekomst waarin fysiotherapie niet alleen aantrekkelijk blijft voor de huidige generaties en nieuwe generatie therapeuten, maar ook uiteindelijk de kwaliteit van zorg voor patiënten verder verbetert. Ons vak is niet meer wat het vijftig jaar geleden is geweest. Het is daarom hoog tijd dat de opleiding, zorg inrichting, samenwerking en bijpassende vergoedingsstructuur daarin mee veranderen.
Een dag later kwam de KNGF met een brief aan de Nederlandse ZorgAuthoriteit over de tarieven voor fysiotherapie.